Diagnostic de Performance Energétique

Voorafgaand aan elk huur- of koopcontract moet een technische analyse worden opgemaakt over het (geschatte) energieverbruik van het pand.

Dit levert het ook in Nederland gekende energielabel op. Ook dit rapport moet worden opgesteld door een erkende specialist en het rapport moet ter inzage worden gegeven aan kopers of huurders van het pand. Het is zelfs zo dat dit rapport aan een makelaar moet worden overhandigd, voordat deze makelaar het huis in de verkoop mag nemen. Het rapport kan ook technische aanbevelingen bevatten voor verbetering van de energie-efficiëntie.

Deze verplichting geldt voor elk woonhuis dat te koop of te huur wordt aangeboden, met enkele uitzonderingen:

  • industrie- of landbouwgebouwen waar de functie ‘wonen’ slechts een klein deel uitmaakt van het elektriciteitsgebruik;
  • erkende rijksmonumenten en kerken;
  • gebouwen met een bebouwd bruto-oppervlak van minder dan 50 m2;
  • tijdelijke gebouwen (met een levensduur van minder dan 2 jaar);
  • woonhuizen waar geen enkele vorm van verwarming aanwezig is;
  • bouwvallen. De  definitie hiervan laat ruimte voor verschillende interpretaties en dus interessante discussies.

Dit rapport is trouwens een farce. Het leidt tot een theoretische berekening van het energiegebruik, die meestal fel afwijkt van het feitelijke gebruik. De inspecteur mag een zogenaamd ‘maagdelijk’ rapport opleveren (dit is algemene tekst zonder analyse van het specifieke huis) als de verkoper of verhuurder niet in staat of niet bereid is om de inspecteur inzage te geven in zijn energierekening.