Een Nederlandse eigenaar van een Frans boerderijtje tekende een compromis de vente met een Nederlandse koper.
De beide families konden het aardig met elkaar vinden en ondanks hun verschillende belangen zolang het huis nog niet definitief was verkocht, lag een vriendschap in het verschiet. Vanwege het droit de préemption van de SAFER dreigden er tenminste drie maanden voorbij te gaan voordat de acte authentique zou kunnen worden getekend. De kans dat de verkoop niet door zou gaan was gering, de financiering was al geregeld, de gemeente had al een Certificat d’Urbanisme afgegeven en informeel had een kennis van de verkoper, die weer contacten had bij de SAFER al laten weten dat die geen gebruik zouden maken van hun voorkeursrecht.
Dus de verkoper stemde er in toe, toen de koper hem vroeg of hij ondertussen alvast in het huis mocht klussen. Ze stelden een briefje op, waarin de koper akkoord ging met de “staat van oplevering.” Maar helaas regelden ze niets over aansprakelijkheid. Tijdens het klussen ontstond er brand… en de koper besloot de acte authentique niet te tekenen. De verkoper kreeg weliswaar de 10% van de verkoopprijs, die was opgenomen als boeteclausule, maar de schade was aanzienlijk groter en werd bovendien niet gedekt door de verzekering. Inmiddels is de koper door een Franse rechtbank veroordeeld om het pand alsnog af te nemen, maar dit zal de verkoper niet veel helpen, want de klussende kopers hebben hun geld inmiddels in een ander huis gestoken….in Zweden. En zie daar maar eens aan te komen….
Moraal: Laat nooit ‘alvast’ de nieuwe eigenaar toe in het pand, zolang de acte authentique nog niet is getekend, tenzij verplichtingen en aansprakelijkheid in detail zijn geregeld, bijvoorbeeld middels een bail precaire.