Meestal opschortende voorwaarden.
Anders dan in Nederland kent een Frans compromis de vente maar een enkele ontbindende voorwaarde. Meestal is dat beperkt tot het niet tijdig doen van de aanbetaling. Het Franse koopcontract kent daarentegen wel een veelheid aan opschortende voorwaarden, die door de wet zijn opgelegd of tussen verkoper en koper overeen zijn gekomen.
Een opschortende voorwaarde heeft altijd een datum (een kalenderdatum of een termijn zoals ’30 dagen na ondertekening van dit contract’). Op de afgesproken datum gaat de notaris na of aan de voorwaarde is voldaan. Als dat niet het geval is, vraagt hij aan koper en verkoper of zij de datum eventueel willen opschuiven, zodat er meer tijd is om alsnog aan de voorwaarde te voldoen. Gaat een van de partijen (meestal de verkoper) daar niet mee akkoord, dan zet de notaris het koopproces stil. Hij maakt dan een proces verbal op van de situatie en gaat bij alle partijen na of er alsnog een mogelijkheid bestaat om aan de voorwaarde te voldoen. Voor de meeste opschortende voorwaarden staat daar één maand voor. Als na die maand moet worden vastgesteld dat nog altijd niet aan de voorwaarde is voldaan, resp. dat de voorwaarde niet is geschrapt of op een andere manier is geformuleerd zodat er wel aan is voldaan, dan stelt de notaris vast dat de opschortende voorwaarde een ontbindende voorwaarde is geworden en daarmee is het compromis de vente “caduc.”